Historie en omschrijving
Het ontwerp van de Onze Lieve Vrouw van Lourdeskerk is in 1918 gemaakt door Jac. van Gils en in vereenvoudigde vorm naar een aangepast ontwerp van Joseph Cuypers en Pierre Cuypers jr. tussen 1926 en 1928 uitgevoerd.
De kerk heeft een kruisvormig plan met vrij sober opgezette bakstenen gevels en bevat verwijzingen naar Byzantijnse en Romaanse vormgeving en elementen van baksteenexpressionisme zoals paraboolbogen. De muren zijn uitgevoerd in decoratief schoon metsel werk met geglazuurde sierbanden en diverse reliëfpatronen. Op de kerkvloer liggen vierkante rode tegels met geel-zwarte randen en kruispatronen in geel, zwart en blauw.
Het interieur wordt gedomineerd door een centrale koepel. Er zijn ondiepe transeptarmen, een vrij kort maar breed schip en een halfronde absis met kooromgang.
De koepel, het schip en de transepten hebben een gewelf van houten sier-spanten met stucvelden. De transeptgevels zijn voorzien van figuratieve gebrandschilderde ramen uit 1939, vervaardigd door Clijsen uit Tilburg. De absis heeft een granaatgewelf met decoratief ruitvormig motief; de nissen aan weerszijde van de absis hebben halfronde gewelven.
De kerk is voorzien van een opvallende, hoge toren. Deze werd in 1944 door de Duitsers opgeblazen en in 1954-1955 herbouwd.
Binnenin de kerk bevindt zich een kopie van de Mariagrot in Lourdes. De grot is ingericht als “dagkerk” en devotieruimte.
Kerk en toren werden in 2010-2011 gerestaureerd, onder directie van het Bisdom Breda, door aannemingsbedrijf Nico de Bont B.V..
Belang
Het gebouw werd in 1992 opgenomen op de Gemeentelijke Monumentenlijst als ‘Beschermenswaardig Pand’ en in 2002 op de lijst van Rijksmonumenten.
Citaat uit ‘De objecten-databank’ van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed:
De kerk is van algemeen belang. Het gebouw heeft cultuurhistorisch belang als voorbeeld van een geestelijke ontwikkeling en is van belang voor de typologische ontwikkeling van de centraliserende volkskerk. Het is van architectuurhistorisch belang door de stijl en de plaats in het oeuvre van de architecten Cuypers. Het pand heeft ensemble-waarde vanwege de situering bij pastorie, klooster en noodkerk, verbonden met de ontwikkeling van de stad en is tevens van belang voor het aanzien ervan.